Genieti naast Tahiti
Ondanks dat onze vlucht maar vijf uur duurt passeren we de tijd- en datumgrens waardoor we vertrekken op 9 september en aankomen op 8 september. Knap staaltje werk van Air Tahiti Nui. Het
grappige aan de vlucht is dat zij niet alleen toveren met de tijdzones maar ook met hun eigen kleding: strak in het pak verwelkomt de crue ons tijdens het boarden en een aantal minuten later
paraderen ze vrolijk door het vliegtuig in een bloemetjesjurk. Op het vliegveld zitten mannen in Hawaii-blousjes vrolijke deuntjes te tokkelen op hun gitaar en binnen no time zijn we door de douane
omdat Frans-Polynesië onder Frans gezag valt en je als EU-burger dus zo door kunt lopen. We bikkelen de nacht door op het vliegveld met het Nederlandse stel, Maarten en Claire, voordat we in de
vroege morgen de ferry pakken naar Moorea.
Chillen met die billen...
Frans-Polynesië staat bekend als ‘Paradijs op aarde' en daar hebben ze helemaal gelijk in! In de vier volle dagen die we op het eiland Moorea doorbrengen verblijven we heel luxe... op een camping!
Tja, ook aan het paradijs op aarde hangt een prijskaartje maar heel rouwig zijn we daar niet om. Camping Nelson heeft namelijk een gigantisch mooi uitzicht op een baai met privéstrand en wij slapen
dan wel in een dorm *voor 2 personen wat normaal dus doorgaat voor een tweepersoonskamer* de zonsondergangen zijn aan deze kant van het eiland duidelijk de mooiste!
Haaien, roggen en veel koraal!
Van de vier dagen is er één dag dat we een lagoontour maken die erg spectaculair is. In een bootje varen we door verschillende baaien en langs een Duits scheepswrak voordat we bij het meest avontuurlijke van deze dag aankomen: we gaan roggen voeren!! Onze kapitein verzekert ons dat het niet het soort roggen zijn die Steve Irwin fataal werden maar helemaal gerust zijn we er niet op. Als we het water instappen worden we binnen een paar seconden omringd door meer dan 10 roggen... In het begin voelt het een beetje raar en bizar aan maar later is het erg leuk. We voeren ze en het zijn echte gezelschapsdieren want als je niet oplet kruipen ze zo je nek in. Ze zijn erg aanhankelijk en voelen zelfs zacht (en een beetje glibberig) aan. Siets geeft één van de roggen een afscheidszoen en dan is het tijd voor het volgende avontuur: snorkelen tussen black-tipped sharks! We mogen ze (gelukkig of helaas) niet voeren maar er mee zwemmen gaat wel. De haaien zijn ongeveer 1,5 meter lang maar het is gewoon kicken om tussen kleine en grote haaien in te zwemmen en dat in het wild.
Na deze bijzondere ervaring varen we naar een motu *een klein onbewoond eilandje* waar we een heerlijke BBQ voorgeschoteld krijgen. We hebben de keuze uit gebraden kip, vis, pittige worstjes, beef en dat met een hele hoop lekkere salades en vers fruit. Als dit niet genieten is dan weten wij het ook niet meer!!!
Als we onze buik rond gegeten hebben nemen we de snorkel mee en gaan we tussen het prachtige koraal een uur lang snorkelen. Ook hier zien we de meest bontgekleurde kleine en grote visjes voorbijkomen en weten we één ding zeker: wat een schitterende onderwaterwereld heeft Frans-Polynesië. Tot slot krijgen we van de kapitein nog een demonstratie kokosnoten openmaken dus mochten we ooit op een onbewoond eiland terechtkomen dan weten wij ons wel te redden. Deze schitterende dag eindigt recht voor onze camping als het bootje ons hier persoonlijk afzet dus ook al waren wij op een budget, we hebben volop en met luxe genoten van deze en de andere dagen op Moorea!
Het eiland was zo relaxed dat zelfs de bussen met retraite waren en ze niet reden zondag.. Gelukkig zijn wij ondertussen ervaren lifters en zo kwamen we, twee liften later, een kwartier voordat de laatste ferry naar Tahiti vertrok bij de ferry aan en konden we met een gerust hart ‘s avonds het vliegtuig naar Paaseiland nemen.
Bij zo'n paradijs zeggen foto's meer dan duizend woorden dus vandaar dat we jullie trakteren op een aantal mooie foto's en we het hierbij laten....
Kia Ora Noordereiland
De laatste twee weken van onze reis door Nieuw-Zeeland bezoeken we het Noordereiland. Het verschil met het Zuidereiland wordt al snel duidelijk: veel meer mensen, minder heuvels en minder
grote afstanden te bereizen. Toch zitten we op het Noordereiland ook niet stil en sluiten we Nieuw-Zeeland af met een gezellig weerzien met de Amerikaanse Becca...
‘Our Place'
De dag dat we aankomen met de ferry op het Noordereiland bezoeken we meteen het meest bekende museum van Nieuw-Zeeland: Te Papa. Te Papa is Maori
voor ‘Our Place' en die naam slaat zowel op Nieuw-Zeeland als ook op onze plaats op aarde. In de vier uur die we in dit museum rondlopen komen we op een interactieve manier heel veel te weten over
het ontstaan van de aarde, de werking van de aarde, de flora en fauna op aarde en weten we nu van alles over de geschiedenis van Nieuw-Zeeland met haar bevolking. Een geweldig museum waar de meeste
musea nog een puntje aan kunnen zuigen (zelden zagen we een museum dat zo interactief is en zo toegankelijk. Ze vragen namelijk geen entree).
Flying high in the sky
Het plan was om na Wellington de Tongariro Alpine Crossing te lopen maar vanwege slecht weer en gevaarlijke omstandigheden ging dit niet door en zijn we doorgereden naar Taupo. Niks vervelends want Taupo staat bekend als ‘skydive capital' van de wereld. Omdat skydiven ook weersafhankelijk is werd het een lastminute beslissing maar daar gingen we dan: in een heuse limo werden we naar het skydive center gebracht waar we de sprong vanuit een vliegtuig op 12.000 feet (vier kilometer) gingen maken! Na een korte instructie werden we in een veel te groot pak gehesen en samen met nog drie andere springers stapten we in een klein vliegtuigje. Toch apart om achterstevoren op te stijgen.. We hadden geluk dat het zonnetje er door kwam waardoor we een super uitzicht hadden op Lake Taupo, de bergen en Taupo zelf. Vol adrenaline gingen we naar de juiste hoogte en het was de beurt aan Gijs om als eerste uit het vliegtuig te springen.
Met een perfecte ondersteboven jump met het gezicht naar het vliegtuig ‘vielen' ze uit het vliegtuig voor een vrije val van ruim 40 seconden! WAUW!! Een onbeschrijfelijk vet gevoel om de wolken, Lake Taupo en de grond met een snelheid van 200 km/h op je af te zien komen. Na de vrije val werd de parachute opengeklapt en door middel van een canopy (zigzaggend door de lucht) landde Gijs na een paar minuten weer veilig met de billen op de grond! Inmiddels was ook Siets uit het vliegtuig gesprongen en in tegenstelling tot de bungy was er geen zenuw of aarzeling te bekennen en was het volop genieten. Wat een gevoel van vrijheid!!! Lee, de instructeur van Siets, liet haar ook nog even de parachute besturen voordat ook zij weer veilig (kont eerst..) op de grond terecht kwam. WE WILLEN NOG EEN KEER!! De rest van de dag lopen we met ons hoofd nog in de wolken en genieten we keer op keer na van de sprong; weer een adrenalinerush in Nieuw-Zeeland!
Rotorua oftewel ‘Rotovergas'
Na een heerlijke nacht op de parkeerplaats bij een backpackers lodge gaan we uitgerust en vol nieuwe energie op weg naar Wai-O-Tapu, het thermale wonderland van het Noordereiland. Op weg hiernaartoe houden we de ramen van onze campervan stevig dicht want de geur die ons op dat moment al tegemoet kwam is met geen pen te beschrijven. Hou het maar op een dozijn rotte eieren. De reden hiervoor is dat het een vulkanisch gebied is vol met ingezakte kraters, koude en kokende poelen van modder, water en stoomwolken. Door die instorting van het aardoppervlak komen zwavelgassen vrij uit de grond en dit geeft die ongelofelijke stank die zo diep in al je poriën gaat zitten dat je het idee hebt drie dagen later nog naar rotte eieren te stinken. In Wai-O-Tapu bezoeken we eerst de modderbaden voordat we richting de Lady Knox Geiser gaan; een geiser die dagelijks (met een beetje hulp van de mens die er wat zeep ingooit) om 10.15 ‘uitbarst' en dan ongeveer een uur lang een 10-meter hoge waterstraal de lucht inspuit. In het park lopen we verder nog langs de Champagne Pool, Devil's Bath, Oyster Pool en andere kraters en grotten: allemaal verschijnselen die niet al te fris ruiken ondanks dat ze er wel bijzonder uitzien....
Als we 's middags bij de lunch de gids opbellen van de Tongariro Crossing krijgen we te horen dat het niet mogelijk is om de komende dagen de crossing te lopen vanwege hevige sneeuwval en slechte weersomstandigheden in de bergen. We balen er even van maar besluiten ons programma om te gooien en op weg te gaan naar de streek Coromandel in het noorden van het eiland.
Wie een kuil graaft voor een ander...
doet dat voor ons! En wel bij Hot Water Beach; twee uur voor en tot twee uur na eb is het hier mogelijk om je eigen persoonlijke hot pool te graven. De reden dat dit hier kan is dat het in een vulkanisch gebied ligt en onder het zand, op 2 kilometer diepte, ligt een vulkanische rots van 170 graden die zorgt voor opwarming van het grondwater. Gewapend met ons blik i.p.v. een schep gaan we naar het strand waar we ons eigen gat graven. Alleen worden we geholpen door een paar andere toeristen; als zij het voor gezien houden springen wij snel in hun gegraven hot pool en zo badderen we lekker in het warme water (ongeveer 40 graden) bij een buitentemperatuur van 16 graden! Het is een hilarisch iets om te zien dat mensen massaal met scheppen, flessen bier en wijn en in badpak of zwembroek hun eigen gaten gaan graven om daar in te kunnen baden.
In vier dagen hebben we de Coromandel Peninsula bezocht waarbij we ook een bezoekje brachten aan de Cathedral Cove, Coromandel Town en Thames voordat we in onze Lady Luck sprongen voor één van de laatste langere ritjes naar de Bay of Islands in het hoge noorden van het Noordereiland.
The Bay of Islands
Eén van de mooiste gebieden van het Noordereiland bestaat uit 144 eilanden en het zonnige weer, de relaxte sfeer en het gezellige badplaatsje Paihia zorgden ervoor dat wij hier 3 nachten in een supermooi guesthouse gezeten hebben. Deze dagen hebben we gechilled, gefietst, heeft Siets aan de conditie gewerkt door in de vroege morgen te gaan joggen, zijn we naar een mooie waterval gelopen, hebben we in de spa gelegen en maakten we een tour door de baai.
Bij deze tour op een catamaran hebben we een groep dolfijnen inclusief jongen gezien. Het plan was om met de dolfijnen te gaan zwemmen maar doordat ze jongen bij zich hadden was het onverantwoord, zowel voor de dolfijntjes als voor ons. De jongen zijn namelijk erg speels en willen alleen maar met de toeristen spelen. Hierdoor vergeten ze zich bij de moeder te voeden (dit gebeurt de eerste 18 maanden elke 3 minuten, 20x per uur, dag in, dag uit) waardoor ze onderkoeld kunnen raken (omdat hun huid nog erg dun is) en kunnen sterven. En mocht er gevaar dreigen dan gaat de moeder er vandoor en laat ze het jong alleen waardoor deze kans loopt opgegeten te worden door haaien.
Helaas hebben we geen walvissen en orka's gespot terwijl ze met enige regelmaat toch hier voorkomen maar de tour verder was een goede afsluiting van het Noordereiland.
Op de weg terug naar Auckland zijn we bij het Waipoua Forest gestopt; dit is een oerbos met immens grote Kauri-bomen. Dit bos is de thuisbasis van de Tane Mahuta, de ‘koning van het bos' en de grootste overgebleven Kauri-boom van het land; ruim 51 meter hoog met een omtrek van bijna 14 meter. Een cursusje ‘treehugging' was hier dus wel op zijn plaats maar met zijn tweeën kom je niet ver...
Big City Auckland
In Auckland nemen we afscheid van Lady Luck (je krijgt toch een bepaalde bonding met zo'n campertje) en maken we ons op voor een erg leuk weerzien met de Amerikaanse Becca. Haar hebben we op de Halong-Bay tour in Vietnam ontmoet en zij is de zus van Justin, de jongen die een zwaar scooterongeluk kreeg in Sapa, Vietnam. De laatste dagen van onze tijd in Nieuw-Zeeland slapen we bij haar in het appartement en samen met haar verkennen we Auckland.
Becca neemt ons mee naar Muriuuai Beach, ook wel black beach genoemd omdat het bestaat uit zwart zand afkomstig van de vulkaan Mount Taranaki die 17 miljoen jaar geleden is uitgebarsten. Verder bezoeken we samen met haar ook nog het Auckland Museum, Mount Eden, drinken we de nodige wijntjes en biertjes bij een wijn- en bierproeverij, eten we heerlijk Indiaas in één van de vele foodcourts die Auckland rijk is en kijken we een typische Maori-film. Zelf maken we een gratis Citytour (a.k.a. verkooptour voor één van de vele busmaatschappijen hier) in een ‘hop on-hop off' bus. Hierbij zien we verschillende highlights van Auckland; van de Skytower en een herdenkingsmonument tot de skyline en een wandeling aan een heel lijp teugje over de Harbour Bridge. De laatste avond gaan we samen met een vriend van Becca nog wat drinken in een bar om de leuke tijd met haar af te sluiten. Becca, thanks for those lovely days in Auckland!!
Na zes weken rondgereisd te hebben in onze Lady Luck, het Zuider- en Noordereiland gezien te hebben, daarbij bijna 6000 kilometer aan asfalt afgelegd te hebben en van de 42 nachten er 33 ‘wild' of illegaal gekampeerd te hebben, sluiten we weer een hoofdstuk af. Morgen vertrekken we naar Frans-Polynesië, een eilandengroep in de Stille Oceaan waar we gaan relaxen op één van de vele bountystranden. La Orana Mo'orea (Hello Mo'orea)!
Graag willen we dit verhaal opdragen aan Jacqueline omdat we weten dat zij altijd zo van onze verhalen kon genieten...
Natuurlijk Nieuw-Zeeland
Inmiddels zijn we alweer halverwege onze reis door Nieuw-Zeeland en hebben we in de afgelopen vier weken het Zuidereiland van Noord naar Zuid en van Oost naar West verkend. In de twee weken
nadat we afscheid genomen hebben van Gerrit en Anny hebben we weer veel gezien, gewandeld en heeft Lady Luck ons naar veel afgelegen en ongerepte plaatsen
gebracht...
Knikkers en
puzzels
Nadat we Dunedin achter ons gelaten hebben zetten we onze koers verder richting de Moeraki Boulders; immens grote ronde keien op het strand en tienduizenden jaren geleden
ontstaan door middel van sedimentaire afzettingen en fossiele resten (welkom bij aardrijkskunde les 8). Bizar om te zien en nog aparter dat ze er over tig jaar niet meer zullen zijn; niet door
invloeden van de mens maar door de aarde zelf. We maken een fikse strandwandeling voordat we onze route voortzetten naar Wanaka, een skioord. Maar wij binden de latten niet onder, in plaats daarvan
breken wij onze hersenen op verschillende spellen in Puzzlingworld. In de drie uur die we daar doorbrengen krijgen we het voor elkaar om amper een puzzel op te lossen. Ligt het nu aan de
moeilijkheidsgraad van de puzzels of aan ons brein??
Alleen als het ijs- en ijskoud is...
Broeikaseffect, smeltende gletsjers, stijgende zeespiegel.. Allemaal begrippen die samenhangen met de opwarming van de aarde en het geluk dat wij deze gletsjers nog in volle glorie konden zien en misschien over tien jaar helaas niet meer. Voordat we in de namiddag een volle middag op de Fox gletsjer gaan lopen maken we eerst een tweetal wandelingen rondom de gletsjer: wat een gigantisch verschijnsel is het!! Tig biljoen ton aan ijs dat voor ons opdoemt en 's middags brengen we een aantal uren door op en rondom de gletsjer. We binden de crampons (soort spikes die je onder je schoenen bindt) onder en lopen afwisselend op, tussen en door het ijs: WAUW! We hebben een erg leuke gids die ons veel weet te vertellen over het ontstaan van de gletsjer, het terugtrekken hiervan en alle processen die hierbij komen kijken. Vooral de afwisseling tussen helderwit ijs, blauw ijs (hard ijs), crevasses (scheuren in het ijs) en de diepe gaten gevuld met smeltwater maken het een absoluut hoogtepunt van het Zuidereiland. De dag daarna verkennen we al wandelend de Franz Josef gletsjer die qua opbouw weer heel anders is dan de Fox. Mooi dat we ze dus allebei hebben kunnen bekijken. Na dit koud intermezzo springen we weer in onze Lady Luck en zij brengt ons naar de Pancake Rocks: rotsen die het uiterlijk hebben van tig op elkaar gestapelde pannenkoeken en ook weer miljoenen jaren geleden ontstaan zijn. Omdat het vloed is wordt het aanzien nog indrukwekkender doordat de golven met een hels geweld tegen de rotsen beuken. Na drie weken reizen door Nieuw-Zeeland blijft de natuur ons hier verbazen!!
Hiken in het Abel Tasman Nationaal Park
Onze laatste dagen op het Zuidereiland brengen we in het noordelijkste deel van het eiland door: het Abel Tasman Nationaal Park. Een park van 23.000 hectare groot en zo totaal verschillend met de rest van het Zuidereiland. In eerste instantie wilden we een kayak huren maar of het ene bureau was gesloten of het andere was ver boven ons budget. Vandaar dat we ons wederom gewaagd hebben aan een 6,5 uur durende hike van ruim 25 kilometer. Met de watertaxi worden we, via Split Apple Rock, naar het startpunt van onze hike gebracht op Bark Bay; een verlaten strand in een prachtige baai. Vanaf hier lopen we afwisselend langs mooie, heldere baaien met goudgele stranden en door met varens bebost gebied. Het is een, voor ons doen, vrij eenvoudige hike waardoor we volop kunnen genieten van de schitterende natuur. We picknicken op het strand van Torrent Bay voordat we ons wagen aan de tocht via een estuarium (een zeearm die bij eb droog komt te liggen) naar het verdere verloop van de hike. Bovendien is er hier een getijdenverschil tussen eb en vloed dat kan oplopen tot maar liefst 6 meter! Helaas ligt ons wandeltempo weer zodanig hoog dat we iets voor eb aankomen bij het estuarium. Zin om een uur te wachten hebben we niet dus zoeken we bizarre oplossingen om, zonder nat te worden, aan de andere kant van de rivier te geraken. Hierbij 2 oplossingen: 1. Siets trekt één schoen uit en met in de linkerhand een stok van nog geen halve meter probeert ze al hinkelend de overkant van de rivier te bereiken (resultaat: één ijskoude voet en één doorweekte schoen), 2. Gijs probeert de 5 meter vanuit stand te overbruggen met 2 sprongen (resultaat: twee doorweekte schoenen en een zeiknatte broek). Wij zijn er nog niet over uit welke oplossing de beste was (waarschijnlijk optie 3: gewoon minder snel lopen en wachten tot het helemaal eb is). Het laatste gedeelte lopen we via verschillende baaien met wederom schitterende uit- en vergezichten terug naar Marahau, het beginpunt van het Abel Tasman Park. Aan het einde van middag komen we hier aan en na dik 6,5 uur lopen zeggen onze voeten dat het genoeg geweest is voor vandaag en zijn we blij de gewone schoenen weer aan te kunnen trekken. Het Abel Tasman Nationaal Park is een absolute aanrader en voor ons een prachtige afsluiting van het Zuidereiland.
De dag daarna rijden we naar Nelson waar we nog een hele foute rommelmarkt zien en waar we een bijzondere zondagochtendmis bijwonen (mochten de pastoors klagen dat de kerken niet meer vol zitten in Nederland, misschien moeten ze een voorbeeld nemen aan hoe ze de diensten hier in Nieuw-Zeeland draaien. Er staat een jongerenband op het podium die constant muziek maakt en de mensen zingen wat ze willen zingen ook al is er helemaal geen bijbehorende tekst). Heel bijzonder en indrukwekkend om dat mee te maken en ook het gegeven dat het toevallig de viering van de 40e verjaardag van de City Church hier in Nelson is.
Gistermorgen zijn we aangekomen op het Noordereiland en de resterende 2 weken zullen we door het Noordereiland gaan touren waarbij we nog de nodige hoogtepunten van Nieuw-Zeeland aan zullen tikken voordat we de warmte weer gaan opzoeken op een eiland midden in de Grote Oceaan... Kia Ora Noordereiland!
* Klik hier voor de foto's van het tweede gedeelte op het Zuidereiland. Wel weer even naar beneden scrollen.
Winter Wonderland op het Zuidereiland
Het is even wennen als we meer dan 20 graden achteruit gaan wanneer we van Azië naar Nieuw-Zeeland vliegen en de eerste verkoudheidjes dienen zich na een paar dagen al meteen aan. In
Christchurch halen we ‘Lady Luck' op; onze gepimpte campervan die ons de komende 42 dagen door Nieuw-Zeeland zal scheuren. In de week voordat Anny en Gerrit komen doen we het rustig aan en
verkennen we een aantal schattige dorpjes, maken we verschillende wandelingen en genieten we van de vergezichten en schitterende natuur die Nieuw-Zeeland rijk is.
Blauwe meren en hoge bergen
Na het emotionele
weerzien met Anny en Gerrit op het vliegveld in Christchurch proberen we in één avondje onder het genot van een heerlijke maaltijd 5 maanden bij te praten. De volgende dag halen we de camper van
hen op *de luxere en niet gepimpte versie* en rijden we richting Lake Tekapo in het centraal gelegen gedeelte van het Zuidereiland, waar we een mooie zonsondergang over het meer zien. Hier maken we
één van de vele wandelingen die we in de 10 dagen dat we samen gereisd hebben zullen maken, naar Mount John. Vanuit hier moet je een schitterend uitzicht over het felgroene Lake Tekapo hebben.
Helaas is het erg mistig waardoor we af en toe een glimp opvangen maar desalniettemin is het een mooie wandeling. Gelukkig krijgen we een herkansing als we de dag daarna doorrijden naar Mount Cook;
vanaf de top bij het Tasman meer kunnen we zowel de top van Mount Cook zien als ook de Tasman gletsjer die zich kilometers voor ons uitstrekt, inclusief ijsschotsen in het koudste meer van
Nieuw-Zeeland.
Live life to the fullest...
Zal ik wel, zal ik niet?! Dat was een aantal dagen lang de vraag die vooral Siets zich elke keer weer stelde maar uiteindelijk gaf het avontuur en de kick toch de doorslag. We gaan die sprong van 134 (!) meter aan een dun koordje tóch maken en wel op de dag van Gijs zijn 27e verjaardag. Gijs wordt door Siets wakker gezongen inclusief chocolademuffins met kaarsjes en een paar minuten later doen we dit nog dunnetjes over als we in de camper van Anny en Gerrit zitten. Na het ontbijt is het dan zover en vertrekken we met een busje naar de Nevis Bungy, net buiten Queenstown. De zenuwen gieren vanuit de tenen tot boven de wenkbrauwen en terug als we bij de bungy aankomen *wat is ie hoog zeg*. Bij de bungy aangekomen worden we in het harnas gehesen, nog een keer gewogen en dan worden we met een karretje via een kabelbaan naar het bungystation gebracht. Als we daar aankomen zien we de eerste van de groep zijn sprong al maken en het enige waar Siets op dat moment aan kan denken is: ‘Niet naar onderen kijken!' Gijs daarentegen kijkt lekker rond en geniet met volle teugen.
Bij allebei worden enkelbanden omgedaan waar even later het elastiek aan vastgemaakt zal worden. Eerst is het Siets haar beurt en redelijk relaxed gaat ze in de stoel zitten. Na wat slap geouwehoer met de man die haar zekert is het dan zover.. Of toch nog even niet! Alsof de man met de hamer voorbij kwam; het hele lichaam staat ineens stijf van de spanning en ze kan geen voet meer voor de ander zetten *ja, een stap terug ging wel maar vooruit was een stuk lastiger*. De Wim Jacobs look-a-like moet de nodige moeite doen om op haar in te praten. Keer op keer probeert hij het en elke keer krijgt hij een hoofdschuddend ‘nee' als antwoord. Uiteindelijk lukt het Siets toch om de hersens uit te schakelen, aan een zacht bed te denken en met een bescheiden sprongetje duikt ze de diepte van 134 meter in!! Er volgt een grote ‘aaaaaaaaaah' in de lucht en dan wordt het stil.. Met een ‘dit doe ik NOOIT meer' komt ze weer boven onder luid geklap omdat ze de sprong uiteindelijk toch gewaagd heeft en tijdens deze ronde de enige meid was die durfde te springen.
Gijs gaat het een stuk gemakkelijker af en heeft gewoon zin om te springen; hij wordt in de stoel gezet, krijgt het elastiek om zijn benen, lacht, poseert en zwaait naar de camera en met een mooie sprong springt hij zijn verjaardagscadeau tegemoet. Acht seconden vrije val lijken een eeuwigheid te duren maar met een smile van oor tot oor komt hij na een paar minuten weer boven bij het jumpstation. Een spectaculairder verjaardagscadeau kun je je niet wensen dachten wij! De rest van de dag giert de adrenaline nog door het lichaam en bekijken we onze foto's en filmpjes (nou ja, Gijs geniet er keer op keer van en Siets durft het niet aan om haar eigen haperingen te bekijken) tientallen keren.
's Avonds gaan we ter ere van Gijs zijn verjaardag uit eten in een gezellig restaurantje aan de scheepswerf en wordt Gijs aangenaam verrast door alle telefoontjes op zijn verjaardag. Bedankt daarvoor! Met een biertje en een wijntje wordt deze spectaculaire dag afgesloten.
De Nevis Bungy (de nummer 3 van hoogste bungy's ter wereld) stond op het ‘Try Before You Die'-lijstje en we kunnen na deze dag zeggen: CHECK!! (het wordt voor Siets duidelijk géén dubbelcheck)
Still cruisin'
Kilometers asfalt zagen we de afgelopen dagen langs ons heen schieten om bij één van de mooiste gebieden van het Zuidereiland aan te komen: Fiordland en dan speciaal Milford Sound. In de ochtend maken we een 2 uur durende schitterende cruise langs de fjorden waar we getrakteerd worden op geweldige uitzichten, rotsformaties, watervallen, pinguïns, zeeleeuwen en als klap op de vuurpijl zien we ook nog tussen de 10 en 15 dolfijnen langs onze boot voorbij springen. Dit was meer dan we verwacht hadden en al helemaal omdat je in deze tijd van het jaar maar 10% kans hebt om de dolfijnen van zo dichtbij te zien. Machtig mooi en wat een prachtige natuur heeft Nieuw-Zeeland toch!! Een echt kippenvel momentje... De laatste avond samen met Anny en Gerrit koken wij voor hen en leggen we nog een kaartje voordat we aan onze laatste nacht samen beginnen.
Southern Scenic Route
Na het ontbijt is het dan zo ver om weer afscheid te nemen en elkaar een goede reis te wensen. Met een aantal keren tuteren als we naast elkaar rijden nemen we afscheid voor de komende 6 maanden, gaan Gerrit en Anny in 2 dagen richting de Fox Glacier en draaien wij de Southern Scenic Route op; een route die helemaal door het zuiden van het Zuidereiland gaat en die ons langs verschillende landschappen brengt. We passeren groene heuvels, duizenden grazende schapen en dorpjes waarbij het Veulen nog een grote stad is (ja echt, Zwets) en waar je de brievenbussen langs de kant van de weg ziet staan maar het huis kilometers verderop ligt. We bezoeken de grootste stad van het zuiden, Invercargill, waar we een stadswandeling maken en even later een Argentijnse lifter in onze Lady Luck meenemen *waren wij degene die in Azië veelvuldig langs de kant stonden, nu zijn wij in de gelegenheid om mensen mee te nemen* Overnachten doen we, enkele uitzonderingen daar gelaten, in het wild en zo komen we op de meest uiteenlopende plaatsen te staan; van een rugbyveld, naast een vuurtoren tot in het bos en op een parkeerplaats achter een vrachtwagen. Gelukkig is het laagseizoen wat betekent dat de locals en de politie er eigenlijk geen bezwaar van maken en dat is maar goed ook want het scheelt aanzienlijk in de portemonnee (ja, we zijn nog steeds op een budget).
De Southern Scenic Route is een route van 440 kilometer lang die je van Te Anau naar Dunedin brengt en waar wij bijna drie dagen over gedaan hebben om aan de oostkust uit te komen bij het leuke stadje Dunedin.
Hier sla je steil van achterover...
Als we 's morgens vroeg Dunedin inrijden hebben we het idee eindelijk uit het ei van 1988 gekropen te zijn *wat op zich niet slecht zou zijn, want dat zou betekenen dat er in Nederland in ieder geval een feestje aan de gang zou zijn in plaats van het afdruipen na een verloren WK-finale van een paar weken geleden* want dit is het eerste punt waar ze draadloos internet kennen. Welcome to New Zealand! Dunedin is een echte studentenstad en de ene universiteit na de andere zien we voor onze ogen verrijzen. In Dunedin maken we weer eens een stadstour die ons langs mooie kerken, the Sports Hall of Fame, een weekmarkt, chocoladefabriek (niet van Sjakie), winkelstraatjes en de steilste straat van de wereld brengt. Met een hellingspercentage van 45% (zoals Rudy L. zou zeggen) heb je het idee dat je schots en scheef op de weg staat terwijl je dan toch echt recht staat. Best bizar en nog goed voor de conditie ook. Dunedin is verder een erg gezellige stad met leuke kroegjes en barretjes en die gaan we vanavond verkennen voordat we verder trekken met onze Lady Luck...
De komende twee weken zullen we via de westkust van het Zuidereiland langzaamaan naar het noorden trekken om vanuit daar de ferry te pakken naar het Noordereiland. Maar daarover meer de volgende keer...
Maleisië & Singapore en een terugblik op 5 maanden reizen!
Het heeft helaas niet zo mogen zijn: Spanje is de nieuwe wereldkampioen maar ondanks dat hebben wij een werelds feest gehad op een groot plein in hartje Kuala Lumpur! Die Maleisiërs zijn
nog gekker dan gek en daar pasten wij best tussen dachten wij. Na de finale was het tijd om de rest van Maleisië en Singapore in de resterende twee weken te
ontdekken.
Lekker bakkie...
thee...
Als we de bus nemen van Kuala Lumpur naar de Cameron Highlands in Centraal-Maleisië merken we het verschil aan hoogte meteen: het is een stuk kouder en minder klam dan in de
Maleisische hoofdstad. De Cameron Highlands staan bekend om haar theeplantages en trekkings *we horen jullie denken: alwéér..?* Drie volle dagen blijven we in de Highlands en de eerste dag wagen we
ons inderdaad weer aan een hike: het begin is prima en bijna fluitend lopen we over de paden maar na een uur wandelen veranderd het pad en wordt het klimmen en klauteren. Bij deze besluiten we:
voorlopig niet meer! De vegetable-farms schijnen erg mooi te zijn maar kom op, hoeveel asperge-, knollen-, bonen- en maisboeren hebben we in Nederland? Voor ons dus niet iets bijzonders. Wel nemen
we een bakkie thee met een geweldig uitzicht op de theeplantages voordat we liftend (één keer in een vrachtwagen en de andere keer in de laadbak van een pick-up truck) teruggaan naar het dorpje.
Daar doen we ons tegoed aan een scone; een versgebakken cakeje met aardbeienjam en slagroom *de calorieën vliegen eraan als je er alleen al naar kijkt, maar lekker dat ze zijn!*
En dat het maar een kleine wereld is blijkt ook als we in Kuala Lumpur Suin ontmoeten. Samen met haar zouden we de Tibet-tour gedaan hebben maar zij werd toen ernstig ziek. Suin neemt ons mee naar een echte Maleisische ‘Mamak', een lokaal restaurant waar je alles kunt bestellen wat je maar kunt bedenken (menukaarten kennen ze hier niet), en zij laat ons een andere kant van Maleisië zien. Van dragonbread, tomyam soep met inktvis en roti chani met mayonaise en knakworst tot rattenstaarten met ei, we proberen alles en het is absoluut het lekkerste eten dat we in heel Maleisië gehad hebben!!
Koloniaal Melaka
Vanuit Kuala Lumpur gaan we op weg naar onze laatste stop in Maleisië; Melaka, waar we in Old Town Guesthouse verblijven, een supermooi en leuk guesthouse gerund door een Franse man, zijn Chinees-Maleisische vrouw en hun dochtertje Sahra. Het ademt een echte huiskamersfeer uit en het is hier zo relaxed dat we hier eigenlijk langer willen blijven dan 3 nachten. Melaka is een historische havenstad dat op de Wereld Erfgoedlijst staat en voorheen onder Brits, Portugees en Nederlands gezag viel. Vooral de Nederlanders hebben er in de 17e en 18e eeuw voor gezorgd dat Melaka daarna uit de gratie raakte als belangrijke havenstad door alle schepen door te sturen naar Batavia. Van de 15e tot de 19e eeuw was Melaka een belangrijke havenstad in Azië en meerden er dagelijks meer dan 2000 schepen aan en werden er in die tijd meer dan 40 talen gesproken. In Melaka bezoeken we in twee dagen tijd een aantal kerken, het Stadthuys (inderdaad, gebouwd door de Nederlanders), het Maritiem museum met een replica van een mooi Portugees schip, een oud fort en een voormalige residentie van de koning van Melaka. 's Avonds wagen we ons een aantal keren aan typische gerechten van de streek: van chendol (een te zoet gerecht met flubberig spul erin), chicken rice balls tot satéfondue. Ook in die zin valt Maleisië wel in de smaak bij ons.
Melaka betekent het eindpunt voor ons in Maleisië: vier weken hebben we hier rondgetrokken en het land staat bij ons zeker in de top 3 van mooiste, leukste en fijnste landen. Een echte aanrader voor iedereen! We sluiten Azië af in stijl en dat doen we door het bezoeken van ‘The Fine City, Singapore'.
Super(schoon) Singapore
Singapore wordt ook wel de ‘fine city' genoemd; het is hier (in het nieuwe gedeelte dan) brandschoon en voor elk wissewasje krijg je een boete aan de broek. Voor eten in de metro, kauwgom kauwen, roken in het openbaar, spugen op straat, afval op straat gooien en ga zo maar door. En dat we Azië in stijl afsluiten dat is wel gebleken! We slapen 2 dagen in een guesthouse met ronduit geflipte mensen *een Fransoos die ons elke morgen om 7 uur wakker maakt, een gepensioneerde gefreakte Amerikaan en een Afrikaanse vrouw in een niet zo flatteuze legging*, de andere dagen gaan we Couchsurfen. Couchsurfen komt er eigenlijk op neer dat mensen een bank of bed beschikbaar stellen zodat je (gratis) bij hen kunt slapen. Als tegenruil doe je de afwas, je poetst het huis, neemt een paar biertjes mee of je hoeft soms niet eens iets terug te doen. En dat we met niet met onze neus in de boter vallen blijkt wel! Als we bij het adres aankomen worden we hartelijk welkom geheten door Scott en Gail, een leuk en gezellig Amerikaans stel die een erg mooi appartement hebben. We krijgen zelfs een privékamer en mogen alles pakken uit de koelkast wat we maar willen. Ze hebben zelfs een BBQ geregeld waar we de lekkerste steak voorgeschoteld krijgen die je maar kunt bedenken! Als tegenruil zorgen wij voor het dessert tijdens de BBQ en doen we de afwas (Scott and Gail, if you guys read this: thanks again!).
In Singapore bezoeken we de verschillende highlights (soms letterlijk) waaronder een casino waar een boot bovenop het dak geplaatst is, Little India, de botanische tuinen en natuurlijk moeten we de gigantische shoppingmalls ook even van binnen bekijken.
Eén dag gaan we naar Sentosa Island, een eiland dat kunstmatig is aangelegd en waar alles een pretparksfeer uitademt, het heeft zelfs een nepstrand. We gaan daar samen met Jon en Dom en hun vrienden een uurtje flowriden; dit is een constante golf waar je op surft. In Nederland hadden we dit al een keer gedaan maar het gaat ons hier in Singapore beter af. 's Avonds BBQ-en we met hen en onze laatste avond in Azië slapen we bij Jon in zijn appartement. We chillen de laatste dag met Jon en Dom aan het zwembad bij zijn appartement en dan is het tijd om (alweer) afscheid van hen te nemen en richting het super-de-luxe vliegveld van Singapore te gaan. Azië zit erop!
Thrillride van 5 maanden reizen
Vanavond sluiten we het eerste deel van onze reis af! Zo bizar: we hebben 5 maanden rondgereisd door Azië en hebben in die maanden al ontelbare en onbeschrijfelijk veel leuke en aparte dingen meegemaakt. Beginnen in de kou van de ene wereldstad Beijing en eindigen in de warmte van de andere wereldstad, Singapore. Daartussen bergen beklommen, jungles getrotseerd, in de bomen gehangen als een aap, in de menigte van een cricketwedstrijd gestaan en geslapen in treinen, bussen, heel veel hostels, boomhutten, hangmatten, op het strand, op de grond en zelfs op onze rugzakken...
Al deze belevenissen nemen we mee voor de komende 7 maanden maar wat nog het meeste indruk op ons gemaakt heeft de afgelopen maanden zijn de mensen die we op onze reis tegen gekomen zijn. Vooral de Tibetanen met hun toewijding aan het geloof, de Indiërs in hun gekleurde sari's, de Vietnamezen met hun conehoedjes, de laidback Laotianen die alle tijd van de wereld lijken te hebben en de altijd vriendelijke Maleisiërs met hun eeuwige glimlach. Niet alleen de locals zullen ons bijblijven; alleen al met alle reizigers die we ontmoet hebben kunnen we nog een jaar vullen om hen op te zoeken! Van de Maleisische Suin, de Engelsen Sean, Johnny, Rich, Dom en Jon, de Nederlanders Shirley, Skip, Georgina en Erik, de Israëlische Noam, de Amerikaans/Engelse Gela en Megan, de Amerikanen Becca, Justin en Jess, de Spaans/Uruguayaanse Nicolas en Carmen tot de Australische Scott en Mackenzie en de Belgische Lyn... Allemaal mensen die een speciaal plekje in ons hart (en ons boek) gekregen hebben.
Bijzondere, mooie en ontroerende momenten volgen elkaar op alsof je je in een achtbaan begeeft en die achtbaan dendert de komende 7 maanden nog even door met als nieuw startpunt: Nieuw-Zeeland. Ready for take off!!!
* Voor het tweede deel van de foto's van Maleisië moet je even hier klikken (en even naar beneden scrollen). De foto's van Singapore staan ook weer in een andere map!
Marvelous Maleisië
Na in totaal bijna een maand door Thailand getrokken te hebben is het tijd voor een nieuwe uitdaging: Maleisië. Het wordt een 14 uur durende rit van minivans, bussen, taxi's en te voet
voordat we in Kuala Besut aankomen waar we in een veel te duur hotel moeten slapen omdat alles vol zit. Niet echt een goed begin van Maleisië maar daarna wordt alles beter...
Paradise on Earth
De dag daarna staan we vroeg op en gaan we met een speedboot naar de Perhentian Islands, 21 kilometer uit de kust, waar we kiezen voor het
populaire Long Beach op Perhentian Kecil. Hagelwit strand, super blauwe zee en een hele relaxte sfeer. Alleen; de hutjes op het strand zijn ver boven ons budget.. Creatief denken is dan de
oplossing! De komende 6 nachten slapen we afwisselend op het strand onder een strandtentje, parasol of bij het duikcentrum op een bankje. Geweldig leuk en kostenbesparend!
De avonden brengen we vooral in de Monkey Bar door, een kroeg waar elke avond dezelfde band dezelfde muziek speelt en waar je je tegoed kunt doen aan de beruchte Monkey Juice: rum-cola. De laatste avond van de Engelsen maken we er een mooi feestje van inclusief de nodige flessen wodka, buckets Monkey Juice en belachelijke dansmoves. Wat een TOP-avond! Om 5 uur 's morgens duiken we onze lakenzak op het strand in waar we 2 uur later op bizarre wijze gewekt worden door een local omdat die ons compleet de huid volscheldt dat we op het strand geslapen hebben.
De laatste dag op het eiland vertrekken de Engelsen en het afscheid valt behoorlijk zwaar, vooral omdat we zo ontzettend veel lol en plezier met deze gasten gehad hebben. Maar goed, ook dat hoort bij reizen en wij vertrekken de dag daarna ook van dit schitterende eiland. De Perhentians: paradijs op aarde en voor ons een speciaal plekje in ons hart...
Rumble in the jungle
Voordat we aan ons jungleavontuur in de Taman Negara *het grootste tropische regenwoud van Azië met een grootte van 4343 km2* beginnen brengen we eerst een bezoek aan het ziekenhuis omdat Gijs tijdens zijn duikavontuur een oorontsteking opgelopen heeft. Anderhalf uur later en €12,50 armer voor een consult en vier soorten medicijnen staan we weer buiten. Deze avond nemen we afscheid van Lyn die naar de Cameron Highlands vertrekt en wij vertrekken met de jungletrein naar Centraal-Maleisië voor onze portie jungle.
Ondanks dat lopen niks voor ons is besluiten we het er toch maar weer op te wagen: nóg een jungletrekking. En het werd er één in het kwadraat!
De eerste dag hiken we 5,5 uur berg op, berg af waarbij we over boomstammen klimmen, aan touwen omlaag abseilen en door de dichtbegroeide jungle klauteren. Het is behoorlijk afzien, ook omdat de luchtvochtigheid zo hoog ligt dat het zweet werkelijk uit alle poriën van je lichaam komt. Helaas zien we op een aantal reuzenmieren, spinnen en bloedzuigers niet veel aan tropische dieren voorbij komen. Wel passeren we halverwege nog een Orang Asli-dorpje: een dorp bevolkt door een inheemse stam die nog zo primitief en op zichzelf leeft en waar we een bezienswaardigheid op zich zijn. Samen met Emma en Laura, twee Franse zusjes, bikkelen we het laatste stuk naar onze hide ‘Bumbun Kumbang' (nee, het is geen Oosters Conimex-gerecht). Een hide is een primitieve hut op palen op ongeveer 10 meter hoogte met een groot open raam zodat je 's nachts alle beesten kunt zien. In de hide staan zes stapelbedden (zonder matras) en uiteindelijk verblijven we hier met 11 man. De geur die uit deze hide kwam na een volle dag trekken door de blubber, modder en in de hitte zullen we jullie besparen... Prettig was het in ieder geval niet. Wel is het een gezellige mengelmoes van Canadezen, Denen, Russen, Fransen en Nederlanders. We eten ons meegebrachte pakketje rijst en ondanks dat we het plan hadden om wilde dieren te spotten vallen we vanwege de regen die op het dak klettert en de lange tocht van vandaag al vrij snel in slaap.
Behoorlijk geradbraakt worden we wakker, we pakken onze spullen en maken ons op voor een zware tocht terug naar het dorp. Het begin is al meteen goed: door de hevige regenval van de nacht daarvoor is de rivier behoorlijk gestegen en juist die rivier moeten wij over! Na eerst de Canadezen zien ploeteren *en met tas en al in het water zien vallen* pakken wij het slimmer aan en lopen we op blote voeten maar met het water tot de heupen door de rivier. De rest van de dag is het nog erger door de blubber lopen dan de dag daarvoor maar de tocht terug is gelukkig een stuk minder zwaar. Halverwege de dag komen we drijfnat in Kuala Tahan (het begindorpje van de trekking) aan en zijn we blij om de kleren van de trekking uit te kunnen doen en lekker met de voeten omhoog te gaan zitten. 's Avonds liggen we dan ook vroeg in bed maar niet alleen vanwege de trekking; om 2 uur 's nachts gaat de wekker weer en staan we op om midden in de nacht door de jungle naar een restaurantje op het water te gaan om het Nederlands Elftal te kijken. En dan blijkt dat Nederlanders óveral zijn want samen met zo'n 25 Nederlanders zien we het Nederlands Elftal de finale bereiken ten koste van Uruguay!!
De dag daarna slapen we lekker uit en trekken we voor de laatste keer de wandelschoenen aan maar deze keer voor een korte hike naar de Canopy Walkway. Dit is een loopbrug met een lengte van 530 meter op 45 meter hoogte dwars door de jungle. Het is een relaxte tocht, vooral omdat de meeste trekkers 's morgens al zijn geweest, en een mooie afsluiter van ons avontuur in de jungle van Maleisië.
Kuala Lumpur: city of skycrapers
Als we tegen de middag aankomen in deze wereldstad droppen we onze spullen bij Birdsnest, een supermooi en gezellig guesthouse midden in hartje Chinatown. Allebei hebben we erg uitgekeken naar deze wereldstad met haar culturele diversiteit; van Indiërs, Moslims, Maleisiërs en hippe Westerlingen in te korte rokjes en broeken. Vier volle dagen spenderen we in de hoofdstad van Maleisië waar we een rondje maken door Chinatown met haar verschillende namaakspullen en heerlijke straattentjes en Little India met alle gesluierde vrouwen in mooie sari's en biddende mannen midden op straat.
De wereldberoemde Petronas Towers laten we natuurlijk niet aan ons voorbijgaan en we bezoeken deze immense en indrukwekkende torens zowel ‘s avonds als overdag. 's Avonds verlichten de twee torens de hele omgeving en overdag steken ze fel af tegen de blauwe lucht. Het heeft nog wel wat voeten in de aarde gehad voordat we de Twin Towers konden bezoeken: 's morgens om half 7 ging de wekker en om half 8 stonden we samen met ongeveer 200 andere bezoekers in de rij voor kaartjes. Elke morgen om half 9 gaat het loket open en worden er gratis 1400 kaartjes weggegeven waarbij je op gezette tijden de brug op de 41e verdieping kunt bezoeken. Uiteindelijk kunnen wij 's avonds om 6 uur de brug op en helaas regent het waardoor het uitzicht niet je van het is maar het was toch een bezoekje waard. Wel bezoeken we ook nog een expositie over de Petronas Towers en zo zijn we nu te weten gekomen dat Gijs 260x in de torens past qua lengte en Siets 279x.
Als we de metro terug willen nemen naar Chinatown blijkt dat deze niet rijdt door noodweer. Dan maar met de bus maar voordat we bij de bushalte aankomen zijn we doorweekt. Een gammele bus zet ons na een uurtje weer af in Chinatown en we eten weer op straat voordat we vroeg teruggaan naar het guesthouse. We willen namelijk weer eens 's nachts opstaan voor Uruguay - Duitsland maar dat plan mislukt dus we slapen lekker uit. De laatste dag in Kuala Lumpur besteden we met een bezoekje aan een mega shoppingmall; zo groot dat er zelfs achtbanen door het winkelcentrum lopen. We wagen ons aan een potje bowling op één van de 48 (!) banen die het bowlingcentrum rijk is en we laten in het midden wie de winnaar van vandaag geworden is... Kuala Lumpur: groot, groter, grootst en alles kan hier!
Na een maaltijdje bij de Reggae Bar *gerund door echte Jamaicaanse rasta's* gaan we terug om in het guesthouse met wat gasten die we op de Perhentians ontmoet hebben te chillen voordat we ons opmaken voor the biggest game ever!
Finale: Nederland - Spanje......
Vannacht is het dan zover: samen met een andere Nederlandse jongen hebben we de afgelopen dagen flink lopen lobbyen om zoveel mogelijk Nederlanders op één plaats bij elkaar te kunnen krijgen voor ‘le grand final': Nederland - Spanje! Mochten ze winnen dan weten wij dat het in Nederland één groot feest is maar wij hopen er hier in Kuala Lumpur ook een mooi feestje van te maken. Of het dat geworden is lezen jullie de volgende keer...
* Voor een filmpje van onze voetbalkunsten op het strand van de Perhentians moet je even hier klikken.
Amazing Thailand
Bangkok kleurde op 14 juni even oranje toen het Nederlands Elftal haar eerste WK-wedstrijd speelde tegen Denemarken. Samen met 150 andere Nederlanders kijken we de wedstrijd en het werd een
mooi feestje toen we met 2-0 wonnen. Een goed begin van leuk en gaaf Bangkok en ons tweede bezoek aan Thailand binnen 2 maanden. Maar we doen meer in Thailand dan feesten... Prisonlife
Samen met Erik en Joany die we
ontmoet hebben op het vliegveld en Khao San Road gaan de we de ochtend na de wedstrijd met de boot naar de Bangkwan gevangenis in het noorden van Bangkok. Doordat Siets hier vier jaar geleden ook
geweest is ging de procedure (paspoort kopiëren, formuliertje invullen vol leugens *we zijn de buren van Adriaan* en wat eten kopen voor de gevangenen) vrij snel. Vandaag bezoeken Erik en Joany de
Nederlandse gevangene Eddy Tang die al 10 jaar vastzit en Gijs en Siets bezoeken Adriaan van Ommering die al 8,5 jaar in de Bangkwan zit. Beide zitten ze vast vanwege hun betrokkenheid bij
drugssmokkel. Eddy blijkt al bezoek te hebben dus praten we alle vier met Adriaan: Erik en Gijs eerst en later Joany en Sietske. Het praten gaat door telefoons omdat je tegenover elkaar zit achter
een glaswand met tralies. In tegenstelling tot het gesprek dat Siets vier jaar geleden had met Rien Parlevliet is Adriaan een ontzettend positief ingestelde kerel vol humor. Anderhalf uur krijgen
we de gelegenheid om met hem te praten en tijdens dat gesprek lachen we wat af. Adriaan zit vast omdat zijn bovenbuurman XTC verhandelde en hij wist hiervan. Tijdens een huiszoeking zijn ze allebei
opgepakt en omdat Adriaan de bovenkamer verhuurde en dus eigenaar was van het pand zijn hij en zijn Thaise vrouw ook schuldig verklaard. In september mogen Eddy en Adriaan allebei naar huis en daar
kijken ze natuurlijk erg naar uit.
De andere dagen in Bangkok vullen we met voetbal kijken, shoppen en cocktails drinken met jonge Engelse studentjes voordat we richting de eilanden in het zuiden bussen. Dat bussen bleek achteraf een kleine domper voor ons en anderen te worden: bij een stop van de bus om 12 uur 's nachts kwam er een mannetje op een scooter aanrijden, rent naar de tas van een meidje en neemt die mee!! Gelukkig voor haar had ze haar paspoort en creditcard om haar nek hangen! Ook wij worden helaas niet gespaard en ondanks dat we altijd onze tassen vergrendelen aan de stoelen, vergeten we het deze keer vanwege teveel vertrouwen (het was een toeristenbus dus geen locals) maar als we op Koh Yao Noi aankomen beseffen we dat iemand 9000 Baht (ongeveer €225) uit onze portemonnee gestolen heeft! Super balen natuurlijk maar gelukkig hebben we al onze andere spullen nog.... We hopen dat we het geld via de verzekering terug krijgen maar het blijkt maar weer dat je niet voorzichtig genoeg kunt zijn!
Op een onbewoond eiland....
Voor Siets is dit een moment waar ze lang naar uitgekeken heeft. Vier jaar geleden heeft ze op Koh Yao Noi, een eilandje van nog geen 4 bij 2 kilometer, vrijwilligerswerk gedaan en ze wilde hier nog altijd een keer terug. Al liftend gaan we naar de pier waar we een volgepakte longtailboot nemen en varen een uur tussen de limestone-eilandjes door voordat we bij Koh Yao Noi aankomen. We laten ons afzetten bij de enige ‘winkelstraat' van het eiland en vinden al snel een goedkope bungalow bij een ontzettend lief vrouwtje. Vijf dagen vertoeven we op het eiland en het blijkt dat er in die vier jaar nauwelijks iets veranderd is: de mensen leven hier van de visserij en de rubberplantages *in tegenstelling tot de rest van Thailand dat voornamelijk van het toerisme leeft*, er bestaat nog steeds maar één hoofdweg op het eiland, lopen hoeft hier niet want iedereen biedt je een lift aan en de mensen begroeten ons zó vriendelijk met een lach en een ‘Sawadee' dat je hier gewoon niet meer weg wilt. Eén dag bezoeken we het politiebureau van KYN om de formaliteiten rondom het gestolen geld te regelen (de agenten zijn meer geïnteresseerd in het Nederlands Elftal dan in ons rapport) en een andere dag huren we twee mountainbikes waar we het hele eiland mee rondfietsen.
De rest van de dagen vullen we met kayakken naar een onbewoond eiland waar we de hele dag zwemmen, zonnen, lezen en het gevoel krijgen dat de tijd even stilstaat... Ze zeggen wel eens: één met de natuur en in dit geval klopt het helemaal; we horen alleen het ruisen van de zee, de geluiden van verschillende vogels en het gestommel van enkele lizzards die op nog geen paar meter afstand naar ons staan te kijken. Niks geen hordes mensen, gillende kinderen en strandbarretjes op elke vierkante meter. Vakantiegevoel? Dacht het wel! (in die paar dagen hebben we wel tig keer het nummer ‘Op een onbewoond eiland' gezongen).
Toch is het na vijf dagen tijd om met een lach en een traan afscheid te nemen van dit mooie, leuke en bijzondere eiland *ook omdat dit één van de weinige eilanden in Thailand is die islamitisch is* en maken we ons op voor Krabi waar we tot grote hoogten zullen stijgen...
Rockin' all over the World
Krabi staat vooral bekend om haar geweldige gebied om te rotsklimmen. Met meer dan 1000 verschillende klimroutes is Railay, een eilandje net buiten de kust van Krabi, de uitgelezen plek om dat te doen. Op de laatste dag in Thailand wagen we ons hieraan en beklimmen we verschillende rotsen met verschillende gradaties. Het indoor-klimmen valt hierbij een beetje in het niet en het geeft echt een kick als je boven aan de rots staat met een schitterend uitzicht over de baai (en tig meters onder je de rest van de klimmers). Allebei klimmen we een hogere gradatie dan we in Nederland doen; Gijs klimt 6A+ en Siets 5+. Voor de niet-klimmers onder ons: 2 en 3 zijn de laagste gradaties en hoe moeilijker, hoe hoger de gradatie waarbij 8C+ hier in Krabi de moeilijkste is.
Na een halve dag klimmen hebben we allebei vermoeide armen en benen en tintelende vingers maar het was wel absoluut iets wat hoog op ons lijstje stond bij de ‘things to do in Thailand'. De rest van de dag relaxen we in ons leuke guesthouse en maken we ons op voor het één na laatste land in Azië, Maleisië, waar we vanaf morgen een maand rond zullen trekken. Daarover meer de volgende keer...
Goodmorning Vietnam!
In de Vietnam-oorlog was dit de tune van de Amerikaanse radiozender maar je kunt deze uitspraak ook gebruiken voor iedereen die hier in zijn of haar pyjama over straat loopt! Vietnam, het
land van de conehoedjes en tig miljoen motorbikes. In 3 weken trekken wij van Zuid naar Noord-Vietnam en snuiven we cultuur in Saigon, liggen we op het strand in Nha Trang, bezoeken we het paradijs
van Halong Bay en zijn we onder de indruk van Sapa.
Tour of Duty
Het is al warm als we 's middags in Ho Chi Minh City
(oftewel Saigon) aankomen. We checken na lang zoeken in bij een hotel waar ze een prima aanbieding hebben: 1,5 uur lesgeven per dag en je krijgt je accommodatie gratis. Nou, dat gaan we maar eens
uitproberen de dag daarna!! Maar niet voordat we eerst een citytour gedaan hebben. Alle hoogtepunten van de stad worden aangetikt en we beginnen bij het War Remnants Museum dat ons alles leert over
de Vietnam-oorlog in de jaren ‘50 en ‘60. We komen er achter dat de Amerikanen (in de serie ‘Tour of Duty' nog afgebeeld als helden) helemaal niet zo'n lieverdjes waren. Op de meest
verschrikkelijke manieren hebben ze 3 miljoen onschuldige Vietnamezen gemarteld en omgebracht en zijn er 2 miljoen op gruwelijke wijze verminkt. In het museum hangen verschillende foto's van
Vietnamese mannen, vrouwen en kinderen die als gevolg van o.a. de napalm en Agent Orange (een soort giftige vloeistof die vanuit de vliegtuigen naar beneden gegooid werd) verminkt en misvormd zijn.
We zien zelfs enkele embryo's op sterk water. Als schuld voor hun wandaden betalen de Amerikanen nu elk jaar miljoenen dollars aan Vietnam maar dit neemt niet weg dat de mensen voor hun leven
getekend zijn! Je krijgt bijna een hekel aan de Amerikanen als je ziet tot wat ze in staat waren...
De laatste dag in Saigon gaan we met een georganiseerde tour mee naar de Cu Chi tunnels. Deze tunnels werden in de Vietnam-oorlog door de Vietcong gebruikt als schuilplaats tegen de Amerikanen. In totaal bestrijken de tunnels een lengte van 250 kilometer op een diepte van 3 tot 10 meter en het is gewoon beangstigend om te zien hoe smal ze zijn (50 bij 60cm). Voor ons toeristen hebben ze de tunnels iets groter gemaakt (60 cm breed en 1.30 meter hoog) maar zelfs dan is het nog beangstigend. Tijdens deze erg interessante excursie lopen we door de tunnels, zien we hoe de Vietnamezen boobytraps maakten voor de Amerikanen en zien we zogenaamde ‘airholes' die in de vroege ochtend gebruikt werden om de rook uit de ondergrondse keukens weg te laten lopen zodat de Amerikanen dachten dat het dauw was. Die Vietcong was zo dom nog niet; ruim 15 jaar hebben ze ondergronds geleefd zonder dat de Amerikanen ze te pakken konden krijgen. Maar een pretje was het absoluut niet! Relaxen en Floating barretjes
Na 3 maanden reizen was het in Nha Trang dan eindelijk zover: strand en zee! We hebben drie dagen in Nha Trang doorgebracht waar we verbleven bij de familie Tram Anh. Een superlieve familie die ons 's morgens wat extra's meegaven voor het ontbijt en 's avonds konden we een hapje met de hele familie mee-eten. Die dagen hebben we niks anders gedaan als aan het strand gelegen, gevolleybald met de locals, goedkoop bier en wodka-jus gedronken in één van de gezellige barretjes en een boottripje gemaakt. Deze boottrip was achteraf erg hilarisch omdat we op een zondag gingen en dan zijn ook de meeste Vietnamezen vrij. We werden dus op een boot gepropt met 60 Vietnamezen en nog 3 toeristen. Een dag lang hebben we gezwommen, gesnorkeld en werden we voorzien van een verschrikkelijk smerige zelf gebrouwen whisky door een compleet dronken Mr. Miyagi 2 in de floating bar op het water. De Vietnamezen hebben ongeveer 314 pogingen gewaagd om ons op de boot aan de karaoke te krijgen maar wij kozen liever voor een duik in het water (met oordoppen want de karaoke was niet om aan te horen! Nog erger dan de voorrondes van Idols, Popstars en X-Factor bij elkaar). Ha Hoi An
Door deze drie dagen van compleet relaxen konden we er weer tegenaan en namen we een verschrikkelijke nachtbus naar Hoi An; een erg leuk stadje dat bekend staat om de 200 kledingmakers die daar zitten. Ook Siets kon hier niet aan ontkomen en heeft een jurk laten maken voor de aanstaande bruiloften in Nederland. Hoi An zelf hebben we verkend met Nicolas en Carmen, een leuk stel uit Uruguay en Spanje. We hebben een rondje gemaakt door de straten met kleurrijke huizen in Franse stijl en ook de plaatselijke markt is bezocht. Hier zagen we vrouwtjes in pyjama vechten voor de verse vis uit de rivier. Ze gingen zelfs zo ver dat we vrouwtjes zagen die de vis uit de mand van andere vrouwtjes stalen. 's Avonds zijn we op aanraden van veel toeristen (en Dirk) in Café 43 terecht gekomen en hebben we ‘Wie ben ik' gespeeld terwijl het bier daar een luttele 3000 Dong (nog geen 15 cent) kostte. Een erg leuke en gezellige avond die we de dag daarna samen met Nicolas en Carmen nog eens over gedaan hebben.
In Hoi An hebben we verder nog een dagje cultureel verantwoord de Marble Mountains bezocht; vijf bergen die vroeger eilandjes waren in de zee met verschillende grotten waar de Vietnamezen tijdens de Vietnam-oorlog geschuild hebben. We eindigden deze dag op een strand dat volkomen uitgestorven was.. Een prima afsluiting van leuk Hoi An.
Pirates of Halong Bay!
Na een dagje rondwandelen in Hanoi, de hoofdstad van Vietnam, gaan we de dag daarna met een busje volgepakt met 16 toeristen naar Halong Bay. Halong Bay is een turkooisgroene baai met bijna 2000 eilanden bestaande uit verschillende karstgebergten. We krijgen op ons mooie cruiseschip een super-de-luxe kamer toegewezen en ook de boot zelf is bijna te luxe voor onze begrippen. We varen de haven uit en meteen duikt het ene na het andere kleine eilandje voor onze neus op. Het lijkt wel of we echt in de film Pirates of the Caribbean terecht zijn gekomen! Als lunch krijgen we verschillende vissoorten en salades voorgeschoteld, van inktvis tot garnalen en alles smaakt even lekker. Boven op het dek genieten we van het uitzicht voordat we met een kleiner bootje naar een immense grot varen die ooit door de Franse kolonisten ontdekt is. Na deze onderbreking springen we in de kayak en peddelen we rond verschillende eilandjes waar we mensen in hun gammele huisjes op het water zien wonen en leven. De tour is nog maar net begonnen en voor ons nu al geslaagd als we midden in de baai voor anker gaan en vanaf het bovenste dek het water inspringen. Ondertussen worden we belaagd door vrouwtjes met hun drijvende winkel maar we laten ze mooi voorbij varen. Als we uit de douche komen zien we dat we inmiddels de enige boot zijn die tussen de eilanden doorvaart en krijgen we een schitterende zonsondergang voorgeschoteld.
Als diner staat een cursus ‘loempia vouwen' op het programma: we moeten onze eigen loempia's maken wat best prima resultaten geeft. Ook deze keer genoeg vis en salades en het is wederom erg lekker. 's Avonds krijgen we als afsluiting een voetmassage en relaxen we met zijn allen op het bovendek van de boot. Dag 1 is meer dan geslaagd! De volgende dag staan we vroeg op voor het ontbijt en meren we aan bij Cat Ba Island waar wij kiezen om een trekking te lopen naar een berg van waaruit we een prima uitzicht hebben over het eiland. We verheugen ons het meeste op het tweede deel van deze dag: Monkey Island. Een onbewoond eiland waar wij met zijn negenen zouden zitten. Onze gids was alleen een beetje lamlendig, waardoor het uiteindelijk bleek dat we hier met nog 20 luidruchtige Vietnamezen zouden zitten. Uiteindelijk hebben we nog best lol met ze gehad omdat we ons 's avonds gewaagd hebben aan karaoke waarbij we natuurlijk loeihard (en vals) Hotel California van The Eagles gezongen hebben. Maar niet voordat we de rest van de middag lekker op ons strandbedje gelegen hebben, een kaartje gelegd hadden en genoten van een super-de-luxe en uitgebreide BBQ! Het was de bedoeling dat we een happy hour zouden krijgen maar onze gids was nergens te bekennen en met pijn en moeite konden we nog een fles rijstwijn krijgen waardoor Scott, een Ozzie die deze avond zijn verjaardag vierde, er nog maar een fles wodka doorheen had gegooid.
Het was ook Scott die besloot dat de bouw van een aantal bungalows ter plekke gestaakt zou worden omdat hij e.e.a. aan bouwhout gebruikt heeft voor het kampvuur op het strand! Met een relaxed muziekje erbij hebben we, na bij de karaoke alle Vietnamezen weggejaagd te hebben, er een gezellige avond van gemaakt op het strand. We hebben Scott en MacKenzie (twee Ozzies) ook even de nodige geografische kennis bijgebracht want ze vertelden ons dat ze een trip gingen maken door Europa maar dat ze niet naar Holland gingen. Wel bezochten ze Duitsland en Amsterdam....
Samen met drie Amerikanen en twee andere Australiërs hebben we vreselijke lol gehad en uiteindelijk doken we om 1 uur onze rieten bungalow in om 's morgens om half 6 alweer gewekt te worden door... jawel, karaoke en een kukelende kip.
Na het ontbijt werden we opgehaald met een bootje dat ons naar Cat Ba Island terug bracht van waaruit we weer op ons cruiseschip sprongen om nog een dikke 2 uur door de baai van Halong Bay te varen voordat we gingen lunchen in Halong City. Om 5 uur 's middags zijn we weer terug in Hanoi en kunnen we terugkijken op een tour die als één van onze hoogtepunten tot nu toe geteld kan worden!! In het begin waren we erg angstig dat het echt massatoerisme zou worden maar dit gevoel hebben we gelukkig niet één keer hoeven ervaren. Schattig Sapa
Als we 's morgens heel vroeg in het noorden van Vietnam, Sapa, aankomen worden we aangesproken door een klein vrouwtje in traditionele kledij. Zij vraagt ons of we met haar mee willen naar haar dorp maar in eerste instantie slaan we haar aanbod netjes af met een ‘maybe tomorrow'. De dag daarna staat ze voor ons hotel te wachten en besluiten we met haar en haar zus mee te gaan. Bao en Zai, de twee zussen, zijn afkomstig van de Black Hmong-stam die hoog in de bergen van Sapa op erg primitieve wijze leven. Bao vertelt ons dat de mannen hun keuze op de vrouw laten vallen aan de hand van hun kleding; heb je mooie, kleurrijke kleding aan dan vraagt de man of je met hem wilt trouwen (aparte manier dachten wij zo). Zo trouwde Bao op haar 17e en Zai zelfs op haar 14e.
Tijdens de 6 uur durende tocht lopen we met zijn vieren door de prachtige rijstvelden en worden we getrakteerd op schitterende uitzichten. Af en toe is het flink soppen tussen de rijstvelden en modder maar de tocht is werkelijk prachtig. Bao en Zai zijn twee ontzettend lieve en schattige vrouwtjes die niks anders doen als lachen en bezorgd zijn over Siets omdat ze om de tig passen uitglijdt. We lunchen bij een lokale familie thuis in de keuken en na veel bergen op en af komen we rond 4 uur 's middags bij het huis van Bao aan. Hier maken we kennis met haar vier kinderen en zien we hoe erg Bao en haar gezin in armoede leven; de twee jongste kinderen hebben niet eens een broek aan, de wc is letterlijk een zwijnenstal, stoelen en tafels heeft ze niet, net zoals een douche en een fatsoenlijk bed of een keuken. Toch weet Bao elke keer weer een lach op haar gezicht te toveren. We worden door haar nichtje (de dochter van Zai) en haar oudste dochter meegenomen de rijstvelden in terwijl Bao begint aan het eten. Als ook de man des huizes thuis komt kunnen we aan tafel. Het is bijna hartverscheurend om te zien dat wij met Bao en haar man eten terwijl de kinderen toekijken! Wij eten bewust zo min mogelijk *wat eigenlijk een belediging is voor Bao en haar gezin* maar we willen dat de kinderen ook te eten krijgen. Alleen als we klaar zijn met eten wordt het eten opgeborgen in het enige kastje dat ze hebben en hebben de kinderen alsnog niks gehad, op wat rijst na. We hadden in Sapa twee zakken met zuurtjes gekocht en die hebben we ze 's avonds bij het vuur gegeven en binnen no time hadden ze één zak al leeg. Van de man krijgen we zelfgemaakte rijstwhisky en net zoals al de vorige whisky's die we gehad hebben, smaakt deze ook weer naar ieeek. Rond 9 uur gaan we naar ons bed: het bed dat bestemd is voor de vier kinderen maar zij slapen nu met zijn allen bij pa en ma in bed zodat wij in hun bed kunnen slapen. Het woord bed is misschien al teveel want het is gewoon een houten plank zonder matras maar de ervaring maakt alles goed. 's Morgens om 6 uur staan wij op terwijl de hele familie al vanaf 4 uur in touw is. We beginnen ons ontbijt met.. een kommetje BIER! Je kunt je ontbijt maar ergens mee beginnen. Na het ontbijt nemen we afscheid van Bao, haar kinderen en Zai en lopen we met zijn tweeën terug naar Sapa. Een pittige tocht *vandaar dat Bao en Zai niet mee wilden* en tegen de middag zijn we weer terug. Deze kleine impressie is een poging tot het beschrijven van hoe we het gehad hebben maar zelfs dan is het nog moeilijk; des te meer beseffen we dat we blij mogen zijn in Nederland te leven en op zijn minst een redelijke goede toekomst te hebben. Dat kunnen de kinderen van Bao, die elke dag in hetzelfde kapotte vodje lopen en vanwege geldgebrek niet naar school kunnen, niet zeggen...
De andere twee dagen verkennen we te voet de omgeving van Sapa, bezoeken we de zaterdagmarkt waar Hmong, Zao en Zay-stammen bij elkaar komen om hun spullen te verhandelen en proberen we wat te relaxen samen met Becca omdat haar broer, Justin, een ernstig ongeluk met een scooter gehad heeft en in het ziekenhuis ligt. Becca, Justin en Jessica hebben we in Halong Bay ontmoet en samen met hen zijn we met de nachttrein naar Hanoi teruggereisd; voor Justin een ontzettend onprettige en pijnlijke reis en voor ons lastig om afscheid van hem te nemen maar we hopen dat hij snel genoeg opknapt!! Morgenvroeg vertrekt onze vlucht naar Bangkok. We hebben besloten om niet terug te gaan naar Laos omdat de busreis vanuit Hanoi naar Laos een gruwelijk lange en helse rit schijnt te zijn. Zo hebben we nu een dikke week langer om in het zuiden van Thailand lekker te relaxen. Thailand here we come!